Zondag 12 mei is de Internationale Dag van de Verpleging. Al sinds 1964 vieren we deze dag in Nederland. Altijd op 12 mei, de verjaardag van Florence Nightingale (1820 – 1910), grondlegster van de moderne verpleegkunde. Deze dag werd destijds in het leven geroepen om het vak verpleging een beter aanzien te geven. Het is deze dag de bedoeling om nieuwe mensen te motiveren voor het vak, maar ook om verzorgenden en verpleegkundigen te behouden.

Waardering voor verpleegkundigen

“Er zijn maar weinig vakgebieden waarin medewerkers zo bevlogen te werk gaan als in de verpleegkunde. Het werk van verpleegkundigen én verzorgenden mag niet onderschat worden. Daarom is het belangrijk om stil te staan bij een dag als deze. Want het vak van verpleging is een bijzonder beroep”, aldus Edwin Exoo, directeur GTSzorg.

Steeds meer verpleegkundigen

Exoo: “Er heerst nog steeds een personeelstekort in onze sector. Gelukkig is het aantal zorgverleners met een BIG-registratie in onder andere de verpleging de laatste jaren gestegen. Dit betekent dat er meer verpleegkundigen bij zijn gekomen met voldoende werkervaring en/of scholing. Ongeveer 33.350 verpleegkundigen, verloskundigen en fysiotherapeuten stopten met het vak. Maar er kwamen ook 47.000 nieuwe werknemers bij volgens minister Bruno Bruins.”

Vernieuwing beroepsprofiel verpleegkundig specialist

Dat het vak verpleegkunde in beweging is én blijft, blijkt onder meer uit de vernieuwing van het beroepsprofiel voor de verpleegkundig specialisten. Momenteel is deze beroepsgroep opgedeeld in vijf verpleegkundige specialismen, te weten:

  1. Verpleegkundig Specialist Preventieve Zorg bij Somatische Aandoeningen
  2. Verpleegkundig Specialist Acute Zorg bij Somatische Aandoeningen
  3. Verpleegkundig Specialist Intensieve Zorg bij Somatische Aandoeningen
  4. Verpleegkundig Specialist Chronische Zorg bij Somatische Aandoeningen
  5. Verpleegkundig Specialist Geestelijke Gezondheidszorg

Vanaf 1 januari 2020 zijn er nog maar twee specialismen:

  1. Verpleegkundig specialist Algemene Gezondheidszorg
  2. Verpleegkundig specialist Geestelijke Gezondheidszorg

Het nieuwe beroepsprofiel voor de verpleegkundig specialist is te downloaden via de site van Actiz.

De verpleging verandert

Exoo: “Naast de vernieuwing van het beroepsprofiel voor de verpleegkundig specialisten, verandert het vak van verpleging eigenlijk voor alle verpleegkundigen én verzorgenden. Zorgtechnologie krijgt een steeds prominentere rol binnen het vakgebied. Dankzij eHealth kan de zorg in veel gevallen makkelijker, sneller en op afstand worden uitgevoerd. Verpleegkundigen en verzorgenden moeten hier echter wel mee om kunnen gaan. In de toekomst zie ik daarom een belangrijke rol weggelegd voor de opleidingen.”

Meer mobiele devices in de zorg

Dat technologische toepassingen in de zorg al niet meer weg te denk zijn, blijkt wel uit het aantal mobiele devices dat al gebruikt wordt. 87 procent van de zorgverleners heeft inmiddels een mobiel device (smartphone of tablet), blijkt uit onderzoek van Zorg voor Beter. Vooral in de thuiszorg wordt al veel gebruik gemaakt van deze hulpmiddelen. Vooral het gebruik van smartphones neemt toe.

Er is al veel over gezegd en geschreven: het personeelstekort in de zorg. Personeel in de zorg vinden is erg lastig en personeelstekorten lopen steeds verder op. Personeel in de zorg behouden is dan ook een vereiste om in 2019 de juiste zorg te kunnen blijven bieden. Met name in de ziekenhuizen lijkt het erop dat er in 2019 een schrijnend tekort aan personeel zal zijn, zo meldt Nu.nl.

Oorzaken personeelstekort

Wouter van der Horst, woordvoerder van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) meldt aan Nu.nl dat er twee oorzaken voor het personeelstekort in de zorg zijn. Namelijk de vergrijzing, en dus veel oude patiënten, en het feit dat er tijdens de crisis te weinig personeel is opgeleid. De overheid kwam al in actie met het actieprogramma Werken in de zorg dat extra geld beschikbaar stelt voor werken in de zorg. Onder meer om verzuim onder jonge medewerkers in de zorg te voorkomen. In dit actieprogramma wordt personeelsbehoud de komende periode de belangrijkste focus. Dit schreef minister Hugo de Jonge in een update aan de Tweede Kamer.

Weinig aandacht voor behoud personeel in de zorg

Veel werknemers in de zorg staan namelijk onder grote werk- en regeldruk. Volgens Van der Horst wordt er nu veel aandacht gegeven aan het verhogen van instroom, terwijl er te weinig aandacht is voor behoud van personeel in de zorg. Volgens de commissie Werken in de Zorg verliet in 2017 bijna 1 op de 5 zorgmedewerkers hun werkgever. “Werkdruk onder verpleegkundigen is hoog. Dit kan leiden tot gemiste zorg”, aldus Edwin Exoo, directeur van GTSzorg.

Continuïteit door behouden personeel

“Het behouden van personeel in de zorg is daarmee net zo’n groot probleem als het vinden van personeel in de zorg. Continuïteit is een van de belangrijkste aspecten in de zorg. Door personeel te behouden kan die continuïteit het beste gewaarborgd worden. Ook aan onze klanten, zorgorganisaties als verpleeghuizen, ziekenhuizen en thuiszorginstellingen, proberen we iedere dag weer die continuïteit te leveren. Daarom zijn wij heel actief bezig met het behouden van personeel in de zorg.”

Hoe personeel in de zorg behouden?

Maar hoe behoud je personeel in de zorg? Onder andere het programma ‘Excellente zorg’ kan hierbij helpen. Dit is een initiatief van de beroepsvereniging V&VN en gericht op het veraangenamen van de werksfeer voor verpleegkundigen. Dit kan een organisatie realiseren aan de hand van onder andere acht kenmerken. Een verpleegkundige zou het best gedijen wanneer er sprake is van:

  1. Vakbekwame collega’s
  2. Een goede relatie met artsen
  3. Autonomie
  4. Support van de leidinggevende
  5. Zeggenschap over de beroepsuitoefening
  6. Opleidingsmogelijkheden
  7. Voldoende personeel
  8. Een patiëntgerichte zorgcultuur

Daarnaast adviseert minister De Jonge leidinggevenden om het gesprek aan te gaan met medewerkers over hun werk. Waaraan hebben zij behoefte?

Detacheren in de zorg

Exoo: “Het valt niet mee om aan al deze kenmerken gehoor te geven als werkgever. Maar het is natuurlijk wel een begin om in ieder geval zoveel mogelijk van deze kenmerken in orde te krijgen voor werknemers. Omdat in de zorg altijd personeel nodig is, en soms op de meest ongelegen momenten, is het hebben van voldoende personeel een van de eerste vereisten. Wij spelen daar met ons detacheringsbureau op in. Voor veel zorgorganisaties vullen we met onze detacheringsmedewerkers gaten op. Bovendien zorgen we ervoor dat al onze medewerkers regelmatig cursussen en bijscholingen volgen, zodat zij vakbekwaam zijn en blijven.”

De werkdruk onder verpleegkundigen is hoog. Dat kan leiden tot gemiste zorg. Oorzaken hiervan zijn hoge administratieve lasten, personele onderbezetting en een complexere zorgvraag. Dit blijkt uit resultaten van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO) én een onderzoek van de V&VN onder bijna 1300 verpleegkundigen.

Ook een enquête onder werkgevers van het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn (AZW) toont aan dat de werkdruk in de zorg de afgelopen jaar hoog is gebleven, vooral in de huisartsenzorg en ziekenhuizen.

’Gemiste zorg’ bestrijden met ‘Beter-laten-lijst’

Hoe hoger de werkdruk van een verpleegkundige, des te groter is de kans dat deze bepaalde zorghandelingen niet uitvoert. Vooral de basiszorg, zoals routinechecks en zorg voor voeding, worden nogal eens overgeslagen. Deze zorg die noodzakelijk is voor de patiënt, wordt ‘gemiste zorg’ genoemd.

Edwin Exoo, directeur van GTSzorg: “Om deze gemiste zorg te bestrijden heeft de V&VN het V&VN-noodplan gelanceerd met daarin aanbevelingen om te stoppen met handelingen waarvan de toegevoegde waarde voor patiënten niet is aangetoond. Dit zijn de ‘beter-laten-handelingen’ die door onderzoekers van het Radboud UMC zijn opgesteld.”

Klinisch leiderschap door verpleegkundigen

Op de website van V&VN is de Beter-laten-lijst te raadplegen. De lijst is volgens het rapport van de V&VN een eerste stap naar kwaliteitsverbetering. Een volgende is het tonen van klinisch leiderschap door de verpleegkundige. “Oftewel, de verpleegkundige moet in iedere situatie nadenken over het nut van bepaalde handelingen. En, wanneer nodig, daarover met collega’s, zoals artsen, in gesprek. De Beter-laten-lijst kan hierbij een leidraad vormen.”

Digitalisering de oplossing voor hoge werkdruk?

Volgens de werkgevers die de enquête van AZW invulden, moet er daarnaast ook worden ingezet op personeelswerving en het efficiënter en eenvoudiger vormgeven van werkprocessen. Dit zal ook de administratieve lasten verminderen. Kan ook digitalisering bijdragen aan het ontlasten van de werkdruk voor verpleegkundigen? Daarover zijn de werkgevers het niet allemaal eens. Een meerderheid van de werkgevers verwacht dat de vraag naar (cliëntgebonden) personeel niet zal afnemen. Wel is de verwachting dat er andere vaardigheden van het personeel nodig zijn.

Exoo vult aan: “Die verwachting hebben wij ook. Als personeel weet hoe ze met ICT moet omgaan, dan pas kunnen innovaties in de zorg bijdragen aan de oplossing van het personeelstekort. Wij pleiten daarom voor het regelmatig bijscholen en coachen van verpleegkundigen. Maar ook adviseren wij zorginstellingen om te werken met gedetacheerden die nieuwe kennis inbrengen.” Lees meer

Ook ouderen hebben behoefte aan seksualiteit en intimiteit. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat ouderen die zorg ontvangen nog altijd seksueel actief kunnen zijn. “Zorgverleners weten niet altijd hoe ze daarmee om moeten gaan. Er rust nog altijd een taboe op het praten over seksualiteit en intimiteit. Dat merken wij ook wel eens bij onze medewerkers”, aldus Edwin Exoo, directeur van GTSzorg. “Om te voorkomen dat dit taboe leidt tot ongewenste situaties is het belangrijk om als zorginstelling bij het thema stil te staan.”

Bewustwording creëren

“Veel zorgverleners zijn zich niet bewust van de seksuele activiteit van hun cliënten”, aldus Exoo. “Een eerste stap op weg naar het doorbreken van het taboe rondom seksualiteit is daarom bewustwording creëren. Wanneer de zorgverlener zich ervan bewust is dat seksualiteit en intimiteit leeft onder zijn cliënt, kan deze de seksuele gezondheid van een cliënt beter in de gaten houden. De verpleger of verzorger kan bijvoorbeeld vragen naar gevoelens, beperkingen en gevolgen van medicijngebruik.”

Kennis vergroten

“Kennis vergroten is de volgende stap voor zorgorganisaties om beter om te gaan met seksualiteit. Met name in de zorg voor oudere cliënten is gebleken dat het kennisniveau van verpleegkundigen vaak tekort schiet. Met het vergroten van het kennisniveau doel ik niet alleen op het vergroten van kennis over seksualiteit en intimiteit. Ook kennis over de werking van medicijnen in relatie tot seksualiteit en het effect van bepaalde ziekten op seksualiteit zijn van belang. GTSzorg adviseert zorginstellingen om hun personeel regelmatig te laten bijscholen. Zelf bieden we ook cursussen en trainingen aan onze medewerkers. Zij weten daardoor bijvoorbeeld:

  • hoe seksualiteit zich gemiddeld ontwikkelt bij ouderen;
  • welke problemen zich kunnen voordoen rondom seksualiteit;
  • welke beperkingen bepaalde medicaties kunnen hebben op seksualiteit;
  • dat ook homoseksualiteit onder ouderen voorkomt;
  • welke invloed bijvoorbeeld dementie kan hebben op seksualiteit.

Vooral die laatste is een ondergeschoven kindje als het gaat om bewustzijn van en kennis hebben over seksualiteit. Dementerende ouderen kunnen te maken krijgen met veranderingen op het gebied van intimiteit. De een wordt juist actiever, soms zelfs ongeremd. De ander een stuk passiever en minder gevoelig voor aanrakingen. Voor beide veranderingen moet aandacht zijn.”

Persoonsgerichte zorg

Persoonsgerichte zorg, zorg die zich richt op de persoon en niet op de beperking of ziekte van die persoon, kan volgens Exoo positief bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van leven van een cliënt. “Bij een goede kwaliteit van leven hoort ook tevredenheid over seksualiteit en intimiteit. Daarom stimuleren wij persoonsgerichte zorg. Daarbij hoort een holistische blik van de zorgverlener op het leven van de cliënt. Op welke manier past seksualiteit in het leven van de cliënt? Hoe gaat de cliënt ermee om? Welke normen en waarden bepalen zijn of haar gedrag met betrekking tot intimiteit? Het is belangrijk dat de zorgverlener daar aandacht voor heeft.”

Bespreekbaar maken

“Het bespreekbaar maken van seksualiteit is niet altijd makkelijk, maar wel belangrijk. Wanneer zorgverlener en cliënt open en transparant tegen elkaar kunnen zijn, vergemakkelijkt dit het bespreken van intieme kwesties. Trainingen kunnen helpen om zorgverleners mondiger te maken, zodat ze er professioneel mee om kunnen gaan. Niet voor niets stimuleren wij ons personeel regelmatig bijscholingen te volgen, maar ook voeren we voor iedere nieuwe medewerker een streng screeningbeleid.

Personeel in de zorg vinden valt niet altijd mee. Uit onderzoek van de NOS is gebleken dat de personeelstekorten in de Nederlandse ziekenhuizen zelfs steeds verder oplopen. Ze zoeken vooral artsen, verpleegkundigen en medisch ondersteunend personeel. Deze personeelstekorten in ziekenhuizen zijn een ongewenste situatie. De wachtlijsten voor patiënten lopen steeds verder op. Bovendien wordt de werkdruk op het huidige personeel steeds groter, zo meldt de NOS. Tegelijkertijd hanteren veel Hbo-opleidingen Verpleegkunde een studentenstop. Simpelweg omdat er te weinig stageplekken zijn.

Oplossingen personeelstekort

De Beroepsvereniging voor Verpleegkundigen en Verzorgenden pleit ervoor deze studentenstop zo snel mogelijk op te heffen en studenten stages aan te bieden in andere zorgsectoren. Deze zomer heeft de Tweede Kamer ook al aangegeven dat het Kabinet moet kijken naar mogelijkheden om studenten Verpleegkunde vakantiewerk te laten uitvoeren in verpleeghuizen. Want ook daar geldt nog steeds een personeelstekort. Of deze acties uiteindelijk leiden tot een oplossing van het personeelstekort?

Continue inzet personeel

Edwin Exoo, directeur van GTSzorg reageert: “Het zijn in ieder geval goede stappen op weg naar meer personeel. Wij merken dat opdrachtgevers, met name ziekenhuizen, vooral vragen om continuïteit. Dat betekent dat ze medewerkers willen die weinig inwerktijd vergen, voor langere tijd inzetbaar zijn en in opdracht werken van de eigen organisatie. Wij spelen daar met ons detacheringspersoneel op in.”

Ik kom personeel tekort, hoe los ik dat op?

Zorgorganisaties met een personeelstekort, kunnen soms met de handen in het haar zitten. Ik kom personeel tekort. Hoe los ik dat op? Een veelgehoorde vraag. Regelmatig spreekt GTSzorg met opdrachtgevers die zich afvragen hoe ze de zorg voor hun cliënten beter kunnen continueren. We geven graag wat tips:

  1. Kies breed inzetbare medewerkers
    Medewerkers die breed georiënteerd en minder gespecialiseerd zijn, kunnen op veel meer afdelingen worden ingezet. Ook kunnen ze meerdere rollen vervullen. Bijvoorbeeld die van ouderenverpleegkundige, thuiszorgmedewerker of verzorgende. De zorgsector verandert snel. ICT heeft daarin een groot aandeel. Innovatieve hulpmiddelen in de zorg volgen elkaar snel op. Het kan zijn dat daardoor functies in de toekomst veranderen. Om daar goed op in te kunnen spelen, is het handig als medewerkers op verschillende functies inzetbaar zijn.
  2. Opleiden en bijscholen
    Mede vanwege de ontwikkelingen binnen de zorg en ICT is het belangrijk om personeel op de hoogte te houden hiervan. Soms is informatie nieuw. Dan is het belangrijk om de juiste opleiding aan een werknemer aan te bieden. Bijscholingen zorgen ervoor dat bestaande medewerkers het juiste kennisniveau behouden. GTSzorg biedt verschillende opleidingen en bijscholingen aan voor haar personeel.
  3. Maak gebruik van flexibele werknemers
    In de zorg is altijd personeel nodig. Overdag, ’s nachts, in het weekend, tijdens vakanties en op feestdagen. Kortom, personeel moet daar redelijk flexibel mee om kunnen gaan. Toch lukt het niet altijd de bezetting sluitend te krijgen. Vooral niet op feestdagen en tijdens vakanties. Door in die gevallen gebruik te maken van flexibele detacheringsmedewerkers kunnen veel gaten worden opgevuld. Natuurlijk wil je dan kunnen vertrouwen op een vakkundige medewerker die weet wat er van hem of haar verwacht wordt. Daarom hanteert GTSzorg een strenge screening van haar detacheringsmedewerkers.

De zorg verandert continu. Dat is nodig om mensen langer thuis te kunnen laten wonen. Om specifieke en complexe zorg te kunnen blijven garanderen. Maar ook om zorgverleners hun zorgtaken zo goed mogelijk te kunnen laten uitvoeren. Zonder al te veel lichamelijke inspanningen. Het aanbod aan innovatieve hulpmiddelen in de zorg blijft daarom groeien.

Subsidieregeling Veelbelovende Zorg

Zorginstituut Nederland gaat in deze trend mee. Het instituut liet onlangs weten dat de regeling ‘Voorwaardelijke toelating tot het basispakket’ vanaf 2019 wordt vervangen door de Subsidieregeling Veelbelovende Zorg. Veelbelovende behandelingen, medische technologie, hulpmiddelen en geneesmiddelen moeten dankzij deze subsidieregeling nog sneller beschikbaar zijn. De doorlooptijd van de voorbereidingsprocedure van de subsidieaanvraag bleek in de vorige regeling te lang en ingewikkeld. Met de Subsidieregeling Veelbelovende Zorg wordt deze procedure verkort en vereenvoudigd.

Hulpmiddelen in de zorg

“De verwachting is dat er vanaf 2019 dus meer kansen zijn voor innovatieve hulpmiddelen in de zorg. Dit betekent misschien ook meer kansen om het personeelstekort te lijf te gaan. Hulpmiddelen bieden ondersteuning waardoor soms minder zorgverleners nodig zijn voor een bepaalde taak. Het kan zelfs voorkomen dat een cliënt met behulp van bepaalde hulpmiddelen zelfs helemaal zelfredzaam is. Met het oog op het huidige personeelstekort zijn innovatieve hulpmiddelen dan ook niet meer weg te denken”, aldus Edwin Exoo, directeur van GTSzorg.

Welke hulpmiddelen biedt de zorg?

Hulpmiddelen in de zorg zijn zeer uiteenlopend. E-Health is sterk in opkomst. Maar onder hulpmiddelen in de zorg verstaan we ook douchestoelen met wieltjes, rollators, baxterrollen, weegstoelen of tilliften. Kortom, alle hulpmiddelen die het uitvoeren van handelingen in de zorg makkelijker maken. Denk aan aankleden, douchen, wassen en medicatie toedienen. In sommige situaties vergen deze handelingen veel van zowel de zorgverlener als de cliënt. We geven twee voorbeelden van hulpmiddelen in de zorg: praktische en technologische.

Praktische hulpmiddelen in de zorg

Zorgverlening gebeurt vaak aan iemands bed. Een zorgbehoevende is namelijk in veel gevallen bedlegerig. Het tillen, draaien, aankleden en verzorgen van iemand die in bed ligt, vraagt veel kracht van een zorgverlener. Bovendien is het voor een cliënt niet altijd comfortabel wanneer hij getild of vastgepakt moet worden. Een innovatief hulpmiddel dat daarvoor bij uitstek geschikt is, is bijvoorbeeld een elektrisch wentelsysteem. Dit maakt het draaien en verplaatsen van een cliënt in bed makkelijker. Het rolsysteem dat elektrisch te bedienen is, zorgt ervoor dat de cliënt niet meer hoeft te worden opgetild of vastgepakt. De zorgmedewerkers of mantelzorgers hoeven minder fysiek zware inspanning te leveren om de cliënt te verzorgen.

Technologische hulpmiddelen in de zorg

Toezichthoudende technieken en andere technologische technieken zijn in het kader van het langer thuis blijven wonen ook steeds belangrijker geworden. Toezichthoudende hulpmiddelen zijn bijvoorbeeld smartphone-apps waarmee cliënten zelf hun medische situatie registreren, polsbandjes die het hartritme bijhouden en GPS-trackers. Technologische technieken variëren van zorgrobotica tot het Elektronisch Patiënten Dossier.

Terwijl heel Nederland zucht onder de zomerhitte en verkoeling zoekt bij het water of in de schaduw, gaat de zorg gewoon door. Als verpleegkundige of verzorgende verricht je je taken zo goed mogelijk, ongeacht het warme weer. De een heeft er weinig moeite mee om tijdens de warmte diensten te draaien. Voor de ander is het lastiger. Ook cliënten kunnen last hebben van de hitte. Daarom geven we je enkele tips om in de zomerhitte zo goed mogelijk je werk als verpleegkundige of verzorgende te kunnen blijven doen:

1. Neem standaard een flesje water mee

Ook als je geen of weinig dorst ervaart, zorg ervoor dat je voldoende drinkt. Ga je op pad om een cliënt te bezoeken in de thuiszorg? Neem dan standaard een flesje water mee. Je werk is vaak arbeidsintensief waardoor je transpireert en ongemerkt veel vocht verliest.

2. “Stay cool”

Draag onder je werkkleding dunne, luchtige stoffen, en niet te veel laagjes over elkaar. Probeer ook met cliënten zoveel mogelijk de schaduw op te zoeken en directe blootstelling aan de zon te mijden.

3. Houd je werkplek koel

Extra frisse lucht kun je het beste binnen laten op koelere momenten, zoals ’s ochtends, ’s avonds of in de nacht. Zet op die tijden ramen en deuren even open als dat mogelijk is. Als je geluk hebt is er airconditioning, zonwering of een ventilator aanwezig in de zorginstelling waar je werkt.

4. Wees alert op je cliënten en collega’s

Let extra op je cliënten tijdens de hitte. Zeker tijdens de vakantieperiode wanneer familieleden niet of minder aanwezig zijn. Maar houd ook je collega’s in de gaten en help elkaar wanneer je ziet dat iemand last heeft van de hitte.

Mocht je ondanks het opvolgen van deze tips, toch niet op een goede wijze je werk uit kunnen voeren vanwege de hitte? Neem dan gerust contact met ons op. GTSzorg gaat dan samen met jou op zoek naar een passende oplossing.

De personeelstekorten in de zorg zijn niet nieuw, maar de tekorten worden steeds nijpender. Met de toenemende vergrijzing in het vooruitzicht zijn de 1,2 miljoen mensen die nu in de zorg werken niet voldoende. Volgens de prognoses loopt het tekort in 2022 op tot 125.000 medewerkers. In de komende jaren blijven hierdoor steeds meer vacatures openstaan. ICT kan een oplossing bieden.

Actieprogramma Werken in de zorg

Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ontwikkelde een Actieprogramma Werken in de Zorg en stelt in de komende jaren 350 miljoen euro beschikbaar. De bedoeling is hiermee een massaal personeelstekort te voorkomen. In het actieprogramma is aandacht voor het opleiden van extra mensen en wordt de ambitie uitgesproken om werken in de zorg aantrekkelijker te maken. Ook een reductie van het papierwerk staat op het programma. Zorgpersoneel moet minder worden belast met administratieve taken. Daarnaast is er in het Actieprogramma een belangrijke rol voor ICT.

ICT in de zorg

ICT in de zorg kan helpen, betoogde minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Digitalisering kan de administratielast verminderen. Dankzij de technische ontwikkelingen is het bijvoorbeeld mogelijk om chronisch zieken op afstand te monitoren. “Het is wel belangrijk dat zorgpersoneel weet hoe ze met de digitale zorgmiddelen om moeten gaan”, zegt Edwin Exoo, directeur van GTSzorg. GTSzorg biedt daarom extra opleidingen om de kennis van het personeel op peil te houden.

Technische ontwikkeling in de zorg

De technische ontwikkeling in de zorg is de afgelopen jaren snel gegaan. Er zijn verschillende populaire ICT-oplossingen in de zorg. Het Elektronisch Patiënten Dossier is daar één van, maar ook toezichthoudende technieken in de ouderenzorg. Speciale apps voor telefoons waarmee patiënten zelf hun medische situatie registreren. Polsbandjes die het hartritme bijhouden. Of geavanceerde controleapparaten bij mensen thuis die op afstand afleesbaar zijn. Zo kan het zijn dat patiënten wel onder controle staan maar niet in het ziekenhuis hoeven worden opgenomen. “Nuttige ontwikkelingen in tijden van personeelstekort”, vindt Exoo.

ICT succesvol inzetten

‘Anders werken’ is ook een speerpunt van het actieprogramma Werken in de Zorg. Concreet betekent dit dat zorgpersoneel ook echt moet worden ingezet voor zorgtaken. Als al het zorgpersoneel een uur per week minder besteedt aan administratie en dit uur kan inzetten voor zorgtaken dan scheelt dat al twintigduizend banen, volgens minister de Jonge. Daarnaast is technologie een belangrijk onderdeel van dit ‘anders werken’.
Een voorwaarde voor het succesvol inzetten van ICT-toepassingen in de zorg is een standaardisering van informatiesystemen, aldus de OIZ, de Branchevereniging voor Zorg en ICT. Deze stelt vast dat artsen klagen dat het invoeren van patiëntinformatie veel tijd kost, omdat daarvoor verschillende systemen worden gebruikt en deze systemen niet uitwisselbaar zijn. Het steeds opnieuw invoeren van gegevens is tijdrovend en vergroot de kans op fouten.

Onvoldoende ICT-kennis bij zorgpersoneel

Het integreren van ICT in de zorg blijkt niet eenvoudig. Ondanks dat het de werkdruk kan verlichten, worden e-health-oplossingen nog niet zo veel gebruikt. Een deel van het zorgpersoneel heeft onvoldoende ICT-kennis, blijkt uit onderzoek van Ictivity. Het beschikbaar stellen van ICT is dus niet genoeg om het personeelstekort op te lossen. Hetzelfde geldt voor zorgrobotica. De hoop was dat robots een deel van de zorg konden overnemen. Echter, uit onderzoek van M&I/Partners en de TU Eindhoven blijkt dat zorgrobotica niet zomaar het personeelstekort oplossen. Enerzijds omdat de robot niet altijd aan de verwachtingen voldoet, anderzijds omdat de kennis van zorgpersoneel beperkt is.

Investeren in zorgmedewerkers

“Wij vinden het belangrijk om in ons personeel te investeren”, zegt Exoo. “Als medewerkers weten hoe ze met ICT moeten omgaan, kunnen zorginnovaties ook echt bijdragen aan de vermindering van het personeelstekort.” Werken met gedetacheerden kan volgens hem daarom ook van toegevoegde waarde zijn. “Het is op die manier mogelijk om nieuwe kennis in huis te halen.”

De zorg moet het vooral hebben van vrouwen. Uit gegevens van het CBS blijkt dat er maar weinig mannen een opleiding in gezondheid en welzijn volgen. Slechts 20% van de studenten is man. Op MBO-niveau is het aandeel mannen nog lager: 10%. Vooral voor de opleidingen ziekenverzorging, thuiszorg, verpleeg- en verloskunde zijn weinig mannen te porren.

En dat terwijl het aantal vacatures in de zorg nog steeds toeneemt. Cijfers van het UWV tonen aan dat er maar liefst 130.000 vacatures open staan. Ook bij GTSzorg zijn we continu op zoek naar nieuw personeel. Bekijk onze vacatures.

De zorg vrouwenwerk?

“Toch vreemd dat er zo weinig mannen in de zorg willen werken”, vraagt Eddie Rutten zich af. “De zorg is oorspronkelijk opgericht door de paters in de kloosters. Na Florence Nightingale werd het verplegen vooral gezien als een volwaardig beroep voor vrouwen. Maar waarom zouden mannen geen ‘vrouwenwerk’ kunnen doen? Soms is het werken in de zorg fysiek zwaar. En mannen hebben over het algemeen meer lichamelijk kracht dan vrouwen. Bij transfers van cliënten word ik er dan ook vaak bij gehaald.” Eddie is al 30 jaar werkzaam in de zorg en werkt nu – als een van de weinige mannen – als verzorgende niveau 3 IG via GTSzorg op detacheringsbasis.

Eddie vervolgt: “Ik merk dat vrouwen het fijn vinden als er een man meewerkt. Schijnbaar hebben wij andere interesses en een andere manier van communiceren. Mannen zijn meestal directer, draaien niet om de hete brij heen. Ook van cliënten hoor ik dat vaak. Zij vinden mij als mannelijke verzorgende wat milder, wat voorzichtiger en rustiger. Ik bekijk dingen soms op een andere manier dan een vrouw.”

Kansen voor mannen in de zorg

Toch merkt Eddie dat het nog lang niet altijd ‘gewoon’ gevonden wordt wanneer hij als mannelijke verzorgende aan het werk is. “Ik word wel eens geweigerd, zeker in de thuiszorg. Zowel door mannen als vrouwen. Natuurlijk ga ik mezelf dan niet opdringen. Ik respecteer de keuze van de cliënt. Toch is het jammer dat mannen in de zorg op deze manier nog niet alle kansen krijgen.”

Ondanks het geringe aantal mannen in de zorg, werkt Eddie met veel plezier. “Toen ik 20 jaar oud was, koos ik voor de opleiding verzorgende. En dat is mijn beste keuze ooit! Ik vind het fijn om wat te kunnen betekenen voor anderen. Op lichamelijk, sociaal en psychisch gebied. Want werken in de zorg is niet alleen maar mensen wassen. Ik werk nu veel met mensen met Alzheimer, ik ben dan hun handen, voeten, ogen en oren.”

Detachering via GTSzorg

Via GTSzorg wordt Eddie nu voor langere periodes uitgezonden naar zorginstellingen in de regio van Nijmegen, Helmond en Tiel. Van universiteitsziekenhuizen tot de thuiszorg. “Die flexibiliteit is erg leuk. Ik ben altijd meer dan welkom! Overal waar ik kom is namelijk een tekort. Ik werk 28 uur per week, maar als ik zou willen kan ik zeven dagen per week aan de slag.”

Ben jij ook op zoek naar een baan in de zorg? Als verzorgende of verpleegkundige? Bij GTSzorg vind je banen in de zorg in de regio’s Gelderland, Noord-Brabant en Limburg.

Nachtdiensten zijn onvermijdelijk verbonden met de zorg. Er liggen plannen om de leeftijdsgrens voor de nachtdienst te verhogen. Waar verpleegkundigen eerst tot een leeftijd van 57 jaar verplicht waren ook nachtdiensten te draaien, wordt de leeftijdsgrens nu mogelijk 60 jaar. De Nederlandse Federatie van Universitair medische centra (NFU) deed hiertoe een voorstel in de onderhandelingen over de nieuwe cao UMC. De bedoeling is op deze manier een betere leeftijdsbalans te krijgen, zodat niet alleen jonge werknemers nachtdiensten draaien. Het personeelstekort zou geen reden zijn, ondanks dat dit iets is waar veel zorginstellingen mee kampen.

Nachtdienst? Deze tips helpen je erdoorheen

De een heeft er niet zoveel moeite mee om nachtdiensten te draaien, zelfs niet op oudere leeftijd. Voor de ander is het lastiger. Daarom heeft GTSzorg 11 tips voor verpleegkundigen om de nachtdienst zo goed mogelijk door te komen:

1. Houd ritme in de nachtdienst

Tijdens de nachtdienst lijkt het ritme zoek. Maar ook al draai je het dag-nachtritme om, het is toch belangrijk om enige regelmaat te houden. Ga daarom steeds dezelfde tijd naar bed en sta ook op hetzelfde moment op.

2. Pas je dagelijkse ritme aan

Probeer al voor je nachtdienst begint ’s avonds wat langer wakker te blijven en als het even kan ’s ochtends iets langer te slapen. Zo verandert je ritme en raakt het al aangepast op de nachtdienst.

3. Blijf regelmatig eten, ook ’s nachts

De kans bestaat dat je onregelmatig eet, maaltijden overslaat of juist de hele nacht blijft eten om de slaap tegen te gaan. Breng structuur aan in je nachtelijke eetpatroon. Begin met een maaltijd voor je dienst. Neem daarna een maaltijd rond 3.00 uur ’s nachts en eet tot slot nog wat aan het einde van je dienst. Door regelmaat voorkom je dat je de hele nacht een hongergevoel hebt en blijf je scherper.

4. Slaap overdag genoeg

Slapen overdag is niet altijd makkelijk maar wel heel belangrijk. Verduisterende gordijnen zijn onmisbaar. Een rustige en donkere slaapplek bevordert je slaap, neem eventueel oordoppen mee. Zo kun je toch zo veel mogelijk uren maken, het liefst minimaal zes uur.

5. Rust uit vlak voor je dienst

Een hazenslaapje voor je dienst begint kan prettig zijn, zo kun je uitgerust beginnen.

6. Kies voor gezonde voeding

Behalve regelmaat, is het ook belangrijk om te kiezen voor de juiste voedingsmiddelen. Producten met veel eiwitten zoals ei, vis, vlees of peulvruchten helpen om wakker te blijven. Koolhydraten geven je energie, en zitten bijvoorbeeld in bruin brood, pasta en rijst.

7. Eet kleine porties

Een te uitgebreide maaltijd is in de nacht niet aan te raden, daardoor gaat alle energie naar het verteren van het eten en loop je risico op een after-dinner-dip.

8. Beperk het aantal koppen koffie

De verleiding is groot om ieder uur een keer naar de koffieautomaat te lopen. Toch is het beter om hier halverwege je nachtdienst mee te stoppen. De laatste uurtjes heb je de cafeïne misschien hard nodig, maar juist als je ’s ochtends probeert te slapen, zorgt cafeïne ervoor dat je moeilijk in slaap valt.

9. Niet te veel suiker

Vermijd zoete snacks. Direct na het eten krijg je een energiepiek maar omdat je lichaam de suikerhoeveelheid weer in balans wil brengen daalt je bloedsuikerspiegel daarna snel en dit maakt je juist slaperig.

10. Doe de lampen aan

Een goede werkplek helpt. Is het schemerig dan beginnen je hersenen met de aanmaak van melatonine, een hormoon wat nodig is om te slapen. Onder invloed van licht wordt dat minder, doe daarom als het kan de lampen aan tijdens je werk.

11. Praat met cliënten en overleg met collega’s

Het is misschien verleidelijk om even te gaan zitten. Maar juist door aan het werk te blijven geef je de vermoeidheid minder kans. Ook praten helpt. Overleg met collega’s of houd gesprekken met cliënten. Regelmatig komt het voor dat er uit kostenoverwegingen ’s nachts niet veel personeel is. GTSzorg pleit voor minimaal twee medewerkers in de nacht om onverantwoorde nachtdiensten te voorkomen. Is er toch niemand om mee te praten, zet dan de radio aan.

Een screening van het personeel behoort tot de standaardprocedure van iedere werkgever in de zorg. Toch gaat het ook wel eens mis. Eind vorig jaar ontstond ophef toen bekend werd dat een 21-jarige uitzendkracht mogelijk meerdere bejaarden vermoordde met insuline. Reden voor een extra zorgvuldige controle van het zorgpersoneel.

Screening door GTSzorg

Voor iemand aan het werk gaat in een verpleeghuis of zorginstelling controleren werkgevers of het personeel voldoende gediplomeerd en geaccrediteerd is. Verpleeghuizen vragen altijd een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). Als uitzendbureau kijkt GTSzorg niet alleen naar de officiële papieren, maar biedt ook opleidingen, zodat kennis van zorgpersoneel wordt bijgespijkerd. Edwin Exoo, directeur van GTSzorg: “Wij vinden het belangrijk dat onze medewerkers bijvoorbeeld opgewassen zijn tegen agressiviteit op de werkvloer. Ook willen we op de hoogte blijven van ieders wel en wee. Daarom zorgen we voor binding met onze werknemers door wekelijks contact met ze te hebben en twee keer per jaar een uitje te organiseren. Op die manier houden we goed contact met alle medewerkers. Daarmee garanderen we een extra zorgvuldige screening van ons personeel.”

Strenge selectie van werknemers in de zorg

Werknemers van GTSzorg worden in een eerste sollicitatiegesprek geselecteerd op kennis. Vervolgens biedt GTSzorg extra opleidingen. Zo blijft het kennisniveau van werknemers op peil en leert de organisatie haar personeel beter kennen. Edwin: “We vragen ook altijd om een VOG. Maar een VOG wordt verleend op basis van gedrag in het verleden en biedt dus geen honderd procent zekerheid. Je kunt van tevoren nooit helemaal zeker weten wie je binnenhaalt. Maar door onze zorgvuldige selectie en het juiste opleidingsaanbod kunnen we wel veel voorkomen.”

Werken met gedetacheerden in de zorg

Door de personeelstekorten in de zorg werken veel verpleeghuizen met gedetacheerden. Het is dus extra belangrijk dat dit personeel al bij het detacheringsbureau een goede screening krijgt. Die bestaat niet alleen uit persoonlijke intakes, maar ook uit regelmatig contact, zodat de organisatie weet wat er speelt bij de gedetacheerden.

“Werken met gedetacheerden mag de kwaliteit van zorg niet in gevaar brengen”, vervolgt Edwin. “Het is belangrijk dat de mensen die wij in dienst nemen goed zijn geïnformeerd en op de hoogte zijn van de werkwijze in het zorgcentrum waar ze komen te werken. Daarom hebben wij altijd een persoonlijke intake met ons nieuwe personeel. Niet alleen in het begin, maar telkens opnieuw als ze op een andere locatie gaan werken. Bovendien vraagt GTSzorg de zorginstellingen steeds om feedback met betrekking tot het personeel. Hoe verloopt de samenwerking? Wat zijn verbeterpunten? Daarmee kan een volgende zorginstelling waar de gedetacheerde komt te werken, ook inzicht krijgen in wie ze in huis haalt.”

Zorgmedewerkers screenen

De zorgmedewerkers die werken via GTSzorg zijn gescreend en gekwalificeerd. Toch is het ook belangrijk dat gedetacheerden op locatie goed worden ingewerkt. Exoo: “Het is van belang dat gedetacheerden kennismaken met de bewoners of patiënten en hen goed doorspreken met collega’s, zodat ze op de hoogte zijn van wat iemand wel en niet mag. Wij vinden dat zelfs noodzakelijk, want ook mensen met enkel goede bedoelingen kunnen fouten maken.”

Verpleegkundigen en werknemers in de thuiszorg hebben het afgelopen jaar meer gebruik gemaakt van e-health-oplossingen. Vooral nieuwe technieken die het toezicht op patiënten vergemakkelijken zijn populair. Dat blijkt uit de e-Health Monitor van Nivel en Nicitz, een jaarlijks onderzoek gehouden onder een panel van circa vijfhonderd verpleegkundigen. Het enthousiasme over e-health is nog wel groter dan het daadwerkelijke gebruik ervan, zeggen Nivel en Nictiz. Waarom dit zo is, gaan de instanties nog onderzoeken.

E-health kan de zorg efficiënter en goedkoper maken. Bepaalde medische handelingen kunnen mensen dankzij e-health zelf thuis doen en ook voor controles hoeven mensen niet langer naar het ziekenhuis. Toch moeten er bij e-health, of digitale zorg, ook een aantal kanttekeningen geplaatst worden. Zo zal de zorg onpersoonlijker worden doordat face-to-face-contact steeds meer verdwijnt, aldus Edwin Exoo, directeur GTSzorg. Dit heeft met name te maken met telemonitoring dat zorg op afstand mogelijk maakt. Dit is echter niet de enige e-healthoplossing. We zetten de vijf meest populaire e-healthoplossingen voor de zorg voor je op een rij:

1. Toezichthoudende technieken in de ouderenzorg

Vooral in de ouderenzorg is de populariteit van de toezichthoudende technieken toegenomen. Voorbeelden hiervan zijn e-health-hulpmiddelen als persoonsalarmering, bewegingsmelders en GPS-trackers. In 2016 heeft 26 procent van de verpleegkundigen toezichthoudende technieken gebruikt. In 2017 is dit al 60 procent. In de ouderenzorg gebruikte zelfs ruim 70 procent van de verpleegkundigen toezichthoudende technieken, meldt de e-Health Monitor.

2. Elektronisch patiëntendossier

In de zorg is ook het elektronisch patiëntendossier populair. Hierin worden medische gegevens van patiënten digitaal bijgehouden voor intern gebruik, zodat overdrachten tussen zorgverleners makkelijk en foutloos verlopen. Driekwart van de deelnemers aan de e-Health Monitor vindt dit een onmisbaar systeem. Het daadwerkelijke gebruik ligt lager, want maar 62 procent van de deelnemers maakt ook daadwerkelijk gebruik van het elektronisch patiëntendossier.

3. Digitale dubbele medicijncontrole

Digitale dubbele medicijncontrole is een nuttige tool die laagdrempelig is in gebruik: met eenvoudige apps kunnen verpleegkundigen foto’s van medicatie en toedieninglijsten sturen naar collega’s voor een dubbele controle. Helaas blijkt uit onderzoek van Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland dat bijna de helft van het verzorgingspersoneel aangeeft geen tijd te hebben voor zo’n extra medicatiecontrole. Volgens de e-Health Monitor ziet ruim 70 procent van het verplegend personeel het belang in van deze tool, maar slechts 22 procent maakt daadwerkelijk gebruik van dit digitale hulpmiddel.

4. Telemonitoring

Telemonitoring maakt zorg op afstand mogelijk, waarbij patiënten zelf thuis hun medische controles uitvoeren en daarover digitaal communiceren met de zorginstelling. Zorg op afstand, dit kan bijvoorbeeld bij mensen met hartproblemen of diabetes. In Nederland is 43 procent van het verplegend personeel hierover enthousiast, 15 procent maakte er het afgelopen jaar gebruik van.

5. Digitale identiteitskaart

In Europa loopt Estland voor op het gebied van e-health. Het land heeft een goed georganiseerde digitale infrastructuur in de zorg. Alle inwoners hebben een digitale identiteitskaart. Overheden, verzekeraars en burgers communiceren via het digitale communicatiesysteem Xroad, waarbij iedere partij slechts toegang heeft tot een deel van het systeem. Zo kunnen verzekeraars niet zien voor welke klachten patiënten bij de huisarts komen. Wel kunnen onderzoekscentra in Estland op basis van deze digitale medische data werken aan patroonherkenning. Door de goed gedocumenteerde digitale gegevens kunnen onderzoekers patronen van bepaalde aandoeningen in kaart brengen. Op deze manier verbetert de signalering en kunnen aandoeningen in een vroeg stadium getraceerd worden. In Nederland is Philips bezig met de ontwikkeling van een vergelijkbaar digitaal platform.